Noodzakelijk kwaad


We zijn weer volop aan het krokussen en dit is de tijd van het jaar dat ik me als Brabander totaal niet op mijn plaats voel. Zappend langs wat lokale tv-zenders blijf ik me verbazen over het fenomeen carnaval. Het schijnt dat sommige mensen dit feest nodig hebben om de rest van het jaar door te kunnen komen. Carnaval is echter ooit verzonnen als aanloop naar de vastentijd. Aangezien ik niet vast, heb ik gelukkig ook geen recht om me als dronken idioot in de hossende menigte te begeven. Onze kinderen mochten afgelopen vrijdagochtend op het schoolplein een half uur in vrieskou verkleed deze traditie ondergaan, maar gelukkig wilden ze niet en hoefden ze van ons nog minder. Dat scheelt toch weer een blaasontstekinkje en minimaal een zware verkoudheid tijdens hun vakantie.

Toen PSV nog alleen uit Brabanders en andere zuiderlingen bestond, was carnaval vaak het moment in de competitie waarna de gloeilampenclub puntverlies ging lijden. Dan lieten ze zich één weekend vollopen en dan was het gedaan met het ritme. Maar ik denk dat Stan Valckx zo ongeveer de laatste PSV-er is geweest die na een nachtje polonaise op maandagochtend dronken op de training verscheen. Ik had van de twee Brazilianen in de selectie wel wat meer samba verwacht, maar de tijden zijn veranderd. Er is ook al sinds jaren een volledig programma tijdens carnaval, gelukkig wel.

Ondertussen heeft de trots van Eindhoven ook de lastige horde in Alkmaar redelijk gemakkelijk genomen en mogen ze zich gaan opmaken voor een nieuw kampioenschap. Gelukkig speelt AZ dit seizoen nog in hun kleine houten hut, zodat ik alle spreekkoren goed kon verstaan. Ik heb eindelijk begrepen dat de Brabantse aanhang het volgende minutenlang zong: “la la la la la la la, Jan Vennegoor, la la la la la la la, Jan Vennegoor.” Sterke tekst, maar beter kan en mag je in deze tijd van het jaar niet verwachten onder de rivieren. Ik had het nooit verstaan, maar ik heb achteraf helaas niet veel gemist.

Een zeer jeugdig Ajax bleef op het kunstgras in Almelo uiteindelijk toch nog redelijk makkelijk overeind. De verdediging had met Emanuelson, Timisela, Vermaelen en routinier Maduro een gemiddelde leeftijd van nog geen 20 jaar en dan kan en mag je alles verwachten. Als een oudste zoon in een gezin zonder vader, zo was Hedwiges druk bezig voor anderen te zorgen. De arme jongen is pas 21, dus hij wordt vroeg volwassen. Gelukkig staat daar volgend seizoen Jaap Stam. Dan kan Maduro weer aan zichzelf denken en komt hij hopelijk weer op het niveau van het WK onder 20. Nu voetbalt hij vaak als een oude man, maar dat zal dus alles met de gemiddelde leeftijd van het elftal te maken hebben. Met zoveel blessures weiger ik Danny Blind kritisch te beoordelen. Hij moet nu roeien met weinig riemen en is het een prestatie op zich om elke week weer 11 spelers met stemrecht op te stellen.

Nee, over Blind maak ik me (voorlopig) niet meer kwaad, maar wél over dat geweldige ArenA-publiek. De eerste 45 minuten tegen Inter waren van ongekende klasse. Alles klopte: de tactiek, de inzet, het scoreverloop én de ondersteuning van de volle ArenA. Het was zo’n sfeer waarbij je baalt dat je thuis zit en niet in het stadion. Elke aanval werd hartstochtelijk ondersteund en dit gaf het jonge elftal vleugels. Helaas zat het in de tweede helft wat minder mee en dan haakt het publiek ook meteen weer af. Echt ongelofelijk. Erger kan niet. Bioscooppubliek, nee: bibliotheekpubliek las ik ergens. Deze 50.000 zogenaamde fans mogen zich de 2-2 persoonlijk aanrekenen. Je moet ze binnenlaten en ze brengen ook geld in het laadje, maar je hebt er eigenlijk alleen maar last van. Het Ajax-publiek is een noodzakelijk kwaad. Gelukkig spelen we de voorlopig laatste Champions League wedstrijd in Milaan. Daar is nog minder sfeer. Daarna mag Ajax een paar jaartjes oefenen in de Uefa cup.

Ron Schiltmans