Spits


Dit zijn de onrustige dagen voor, in en rond Oranje en dan heb ik het niet alleen over dat drukbezochte vluchtoord in Drenthe. Er nadert onheil. De definitieve uitschakeling voor het EK 2016 is bijna een feit en we hebben nog een paar dagen om alvast aan het idee te wennen. Persoonlijk denk ik dat een zomer zonder versierde straten, VI-Oranje en ander droevig leed best een keer verfrissend werkt, al zult u nu misschien als diehard Oranjefan alweer woest scrollend kijken of er ergens onderaan dit stukje op een naar beneden wijzend duimpje geklikt kan worden. Ik kan u geruststellen: die is er niet. Ik denk dat een oranje straat in een dorp genaamd Oranje alleen voor de ook in oranje gehulde Ivoriaanse vluchteling leuk lijkt, maar die vluchten gelukkig niet. En voor zover ik weet is dat land inmiddels ook al volslagen kansloos voor het EK.

Is er dan in deze Eredivisieloze weken echt niks zinnigs te melden, hoor ik u mompelen. Een eerlijk antwoord? Wel degelijk! Deze iets te stevige vijftiger gaat namelijk binnenkort op internet prachtig zwarte kicksen scoren en daarna werken aan het ietwat vastgeroeste balgevoel. Ik zag namelijk afgelopen zondagmiddag dat ik grote kans maak op de spitspositie bij Ajax. En dinsdagavond zag ik het op Ajax TV in de herhaling wéér.

Terwijl ik dit schrijf krijg ik opnieuw dat flauwe gevoel in de maag, dat ik nog herken uit de tijd dat ik op talloze wedstrijddagen al vroeg in de ochtend wist dat het die middag weer mijn wedstrijd zou worden. Op de velden in en rond Oss heb ik in mijn glorietijd menig tegenstander het virtuele bos in gestuurd, gadegeslagen door hele kuddes onnozel herkauwende koeien, in de wei ernaast. Wij speelden niet wekelijks in Camp Nou of San Siro, nee. Dat hadden wij niet nodig.

Legendarisch en waar is het verhaal, dat ik ooit in het boerendorpje Lith door een iets te straffe wind, op dertig meter afstand een nietsvermoedend schaap achter het doel door de stokken speelde, terwijl ik op dat moment ook makkelijk drie medespelers vrij voor de keeper had kunnen zetten. Helaas had ik toen net de bril beslagen. Ik vond het al knap dat ik hem raakte. In die Maasklei is toen de nolook-pass geboren. Wat wappert een hoekvlag trouwens oorverdovend hard, als op zo’n geniaal moment je hoofdschuddende elftal er verder het zwijgen toe doet. Vreemd genoeg hoor je daar Frank Heinen dan weer niet over, als Arno Vermeulen bij Studio Voetbal eindelijk is uitgeblaat.

Het moge dus duidelijk zijn dat ik met mijn talent binnenkort volkomen onafgetraind gewoon in aanmerking kom voor de midvoorpositie bij Ajax. Ik ambieer het vrije rugnummer 14, want Cruijff is er toch nooit om dat te controleren. Bovendien scoorde ik er in de ArenA al eens eerder in. Daar zijn gedeeltelijk zwartwitte beelden van.

Helaas zullen mijn zwarte Adidasjes bij mijn rentree hele wedstrijden schoon blijven, want er komt sowieso nooit een bal mijn kant op. Misschien alleen als Heitinga er per ongeluk een keer tegenaan loopt. Voor de vorm zal ik gaten trekken, vrijlopen en me aanbieden, maar de kans op een bruikbare steekpass, precies in de loop op mijn goede voet is kleiner dan dat Nederland alsnog het EK haalt. Dan speelt El Ghazi nog liever naast het doel met links een fotograaf door de stokken, dan dat hij een voorzet probeert.

Als Ajax tegen PSV eindelijk op links met de Duitse dribbelaar Younes speelt en er dus iemand staat die niet alleen maar naar binnen trekt, maar ook eens ouderwets onzelfzuchtig buitenom durft om een hoge voorzet te geven, dan zit Milik op de bank. Wat Viktor Fischer zondag in de spits deed kan ík ook en technisch veel beter: overgeslagen worden.

Zet mij daar maar neer. Ik ben oud genoeg om niet elk Pools greintje zelfvertrouwen er vanaf de kant uit te laten vloeken en schreeuwen. Mij bereik je daarmee niet. Ik doe gewoon mijn ding. Onzelfzuchtig. Sleuren, oorlog maken, verdedigers uit hun concentratie halen en aan het eind van het seizoen glorieus de geschiedenis in gaan als de oudste Ajaxspits ooit zonder balcontacten.

Voor Oranje is het dan helaas te laat.

Ron Schiltmans